Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En het geschiedde, als Jakob Rachel zag, de dochter van Laban, zijner moeders broeder, en de schapen van Laban, zijner moeders broeder, dat Jakob toetrad, en [9]wentelde den steen van den mond des puts, en drenkte de schapen van Laban, zijner moeders broeder. 9. Dat is, hij hielp de herders den steen afwentelen in Rachels plaats. Want alleen kon hij het niet doen. Zie vs.8.